SPERTIJD
In Neo Oud-Zuid suggereert technologie een troostende veiligheid van flikkerende televisieschermen in de huiskamers, terwijl een dertienjarige zoon elke avond het moederlijk huis verlaat om een nieuwe oorlog, zijn eigen waan maar toch, te bestrijden…
Poverologia
Persoonlijk verslag van het werken met de buurtbewoners, een reflectie over dilemma’s rond schrijven en fotograferen.
De Doodskoningin
De doodskoningin is een liefdesverklaring aan het duister. Een dans tussen een camera en een eenzame actrice. Een weduwe is op zoek naar haar verloren geliefde; met een zaklantaarn schept ze haar eigen doolhof. Vanuit de pijn toont de doodskoningin ons haar levensvreugde. Tussen flarden van een radio door horen we een tango van Marlene Dietrich.
‘De doodskoningin’ maakte deel uit van de expositie Spertijd in Projectruimte Retort (Amsterdam) september 2004. Carst van der Molen en Emily Kocken exposeerden fotografie en video tijdens een fictieve avondklok van 19.00 tot 24.00 uur. De herinvoering van de maandelijkse sirene (september 2003), het symbool van de nieuwe oorlogsangst inspireerde de kunstenaars tot het ensceneren van een buurt in oorlog. Om precies 23.00 schakelde een automatische tijdsklok de lichten uit in het hele ateliercomplex waar de projectruimte deel van uitmaakte. Emily trok een zwarte baljurk aan en rolschaatste door de gangen. Ze transformeerde steeds meer in een oorlogsweduwe. Dit spel bracht Carst op het idee een dansvideo te maken.
Kleiner dan de kleinste gedachte
Een installatie over de kwetsbare relatie tussen mens en techniek. Het ritme van de avond, langzaam worden de straten leeg: technologie vervoert ons naar huis. Thuisgekomen zorgt technologie voor ons vermaak. Eenzaam luisteren we naar de radio. De ziel van de machine als ziel van de moderne mens: steeds grotere afstanden scheiden ons van de ander en van onszelf.
Kleiner dan de kleinste gedachte toont het verloop van de avond. Regen klinkt op straat, auto’s rijden naar huis over de snelweg in een massale stroom van donderend gegrom, twee auto’s rijden rondjes onder een viaduct en begroeten elkaar. Een radio wordt aangezet, doek wappert in een tramremise terwijl de laatste tram naar binnen rijdt.
Een wereld waarin de mens is gereduceerd tot een hoofdje achter een ruit, waarin aan zijn behoeftes wordt voldaan door anonieme technologie. De krakende radio symboliseert het fragiele contact met de buitenwereld. De technologie is in de installatie kwetsbaar geworden, kwetsbaarder dan de mens die zich niet toont.
Oorlogswaan
In de Hoofddorppleinbuurt sluimert oorlog, volgens de dertienjarige Hansl. Witte honden wachten op de aanval, knipperende remlichten wenken. Moeder Hannah komt steeds later thuis van haar werk. De melkleverancier bij de supermarkt gaat vrijwillig in dienst. Nachtmerries, zijn moeder, een jonge Alice in Wonderland, veranderen Hansls wereld in een droomdecor waarin iedere schaduw het gelijk van zijn verbeelding bewijst.
In 2007 maakte Zero een time-based versie van Oorlogswaan. Deze werd vertoond op het Cinema At Home festival en het Nederlands Online Film Festival (NOFF).
Oorlogswaan werd ook opgenomen in het vredesmuseum.